Strijken is een van die huishoudkarweitjes die nog steeds een behoorlijke hands-on investering vraagt. De nieuwste generatie stoomstrijkijzers en -generators maken dat werkje er gelukkig al heel wat makkelijker op. En met deze twaalf tips strijk je nog sneller, slimmer én beter.
1. Gebruik de hele strijkplank
Plaats grote stukken languit over de strijkplank en gebruik de gebogen ‘punt’ als schouder om de oksel- en nekpartijen mooi glad te krijgen. Of schuif hemden, T-shirts en truitjes over dat uiteinde. Doe dat wel voorzichtig en check je strijkplank vooraf onderaan op stof.
2. Denk aan je rug
Zoek precies die hoogte voor je strijkplank zodat je rug, nek en schouders zo weinig mogelijk belast worden. Verplaats liever je hele lichaam - dus je voeten - dan enkel je bovenlichaam te buigen. Bij twijfel is iets te hoog beter dan iets te laag.
3. Vlotte moves
Ga voor lange strijkbewegingen. Vermijd kleine, draaiende of korte zigzagmanoeuvres, want daarmee rek je veel textielsoorten uit. Of erger nog: je strijkt er nieuwe, hardnekkige kleine plooien in.
4. Donker binnenstebuiten
Strijk donkere kleding wanneer mogelijk bij voorkeur binnenstebuiten. Zo vermijd je die glimmende plekken door de hitte van het strijkijzer. Ga er eventueel achteraf nog een keer met een minder warm strijkijzer aan de buitenkant overheen.
5. Respect voor decoratie
We hebben het over ritsen, knopen en ook alle versiersels zoals glitters, pareltjes en pailletten. Hebben die toch een strijkzoolpassage nodig, kies dan een veilig lagere temperatuur. Of beter nog: strijk ze aan de andere kant (binnenkant) en leg er een dikke handdoek onder.
6. De truc met de handdoek
Die vervelende hemdsmouwen strijk je makkelijker met een opgerolde badhanddoek erin. Bij hemden begin je bij de mouwen en kraag, die je eerst aan de binnen- en dan aan de buitenkant strijkt. Daarna werk je naar binnen toe. Telt je strijkhoop vaak veel hemden, overweeg dan de aankoop van zo’n handig mouwenplankje - of bouw het zelf.
7. Post-strijkreflex
Plooi of hang je gestreken kleding meteen op. Dat creëert een voortzetting van het ontkreukproces door het gewicht van de kleding die er bovenop ligt of door de zwaartekracht bij het uithangen. Om deze reden strijk je misschien het best in de buurt van je kleerkast. Dan is alles meteen netjes opgeborgen.
8. Onderhoud van de strijkzool
Er zijn speciale producten om je strijkzool schoon te houden, maar met een propere doek, water en wattenstaafjes kom je al een heel eind. Zorg dat de stoomgaatjes niet geblokkeerd zitten en veeg eventuele kalkaanslag weg. Ook uit den boze: vuile kleren strijken.
9. Warmte langs twee kanten
Leg aluminiumfolie onder de hoes van je strijkplank. Dat kaatst de warmte terug en versnelt het strijkproces. Uiteraard gebruik je geen plastic tape om die folie te bevestigen.
10. Begin koel
Begin met kleding die aan een lage temperatuur gestreken moet worden en werk je zo op tot je eindigt met die kleren die de hoogste temperatuur vereisen bij het strijken.
11. Voorkant volstaat
Als dat T-shirt of die sweater er al goed uitziet na enkel over de voorzijde gestreken te hebben, dan is er geen reden om de achterkant ook nog eens te doen. Je spaart tijd, moeite en stroom uit, en je kleren gaan er minder snel ‘vermoeid’ uitzien.
12. Twee keer voor dubbeldik
Strijk dubbeldik textiel (borstzakken, brede zomen, …) twee keer, eerst aan de binnen- en daarna aan de buitenzijde.