De camera in je smartphone wordt steeds beter en slimmer. Maar het is nog altijd de fotograaf die de foto maakt. Met deze tips krijg je de kneepjes van het fotograferen met je smartphone onder de knie.
1. Leer je camera kennen
De standaard camera app van je smartphone bevat heel wat handige opties die van pas kunnen komen om mooie foto's te maken. Denk maar aan de 'bokeh modus' waarmee de achtergrond mooi onscherp wordt, of een instelling om de belichting aan te passen, of de mogelijkheid om hulplijnen te tonen. Trek wat tijd uit om al deze opties te leren kennen.
2. Kies je beeldformaat
Fotograferen met je smartphone kan in drie verschillende verhoudingen: staand (portretstand), liggend (landschapstand) of vierkant. Kies voor je begint te fotograferen met je smartphone welke stand je wil gebruiken. Voor Instagram is het vierkant formaat het best omdat je dan niet moet bijsnijden. Wil je de foto alleen op je story plaatsen, dan is staand formaat het best. Voor landschappen kan je ook de panoramastand gebruiken, je krijgt dan een heel lange foto.
3. Let op de belichting
De camera in je smartphone bepaalt de belichting volledig automatisch. Dat is best handig, maar het werkt niet altijd perfect. Vooral als achtergrond heel licht of heel donker is loopt het soms mis. Je kan dan zelf de belichting aanpassen. Vaak doe je dat door op het scherm te tikken en het symbool van het zonnetje naar boven of beneden te slepen. Soms is het een optie in de camera app zijn.
4. Let op de compositie
De compositie bepaalt hoe je onderwerp in beeld komt. Met een paar vuistregeltjes maak je al gauw betere foto's. bij een landschap zet je de horizon niet in het midden; als je het landschap belangrijk vindt, staat de horizon best in het bovenste deel, maar gaat het om de fraaie wolken, dan mag de horizon veel lager. Bij een portret laat je dan weer best wat ruimte vrij naast het hoofd, aan de kant waar de persoon naar kijkt.
5. Let op de scherpstelling
De camera-app van je smartphone zal automatisch scherpstellen zodat je onderwerp scherp in beeld staat. Soms gaat dat fout en stelt de camera bijvoorbeeld scherp op de achtergrond. Dat gebeurt vaak als je onderwerp niet centraal staat. In dat geval tik je even op het scherm op het gewenste onderwerp.
6. Gebruik de juiste lens
Heel wat smartphones hebben vandaag twee of zelfs meer lenzen. Gebruik dan de groothoeklens voor landschappen, en de telelens voor portretten. Heeft je camera maar één lens, gebruik dan niet de digitale zoom. Die verlaagt de beeldkwaliteit. Je gebruikt dan beter een handige opzetlens, specifiek ontworpen om te fotograferen met je smartphone. Er bestaan opzetlensjes voor macrofotografie, fisheyelenzen, groothoeklenzen en telelenzen.
7. Zet de flits uit
Als het donker is zal je camera soms automatisch de flitser inschakelen. Helaas levert dat zelden mooie foto's op. Daarom schakel je de flits best uit. Om in donkere omstandigheden toch goede foto's te maken, zet je beter de Nachtmodus of de HDR-modus aan, als je smartphone die heeft. Hiermee maakt je smartphone razendsnel meerdere opnames achter elkaar, die samengevoegd worden tot één goed belichte foto.
8. Gebruik een statiefje
Als het donker wordt, is het belangrijk dat je de camera zo stabiel mogelijk houdt. Een handig hulpmiddeltje is een ministatief om te fotograferen met je smartphone. Daarmee kun je hem op een stevige ondergrond plaatsen. Er bestaan ook statiefjes met plooibare voetjes die je rond een buis of tak kunt bevestigen. Als je nu ook nog de zelfontspanner gebruikt, kun je zelf mee in beeld gaan staan. Het neusje van de zalm zijn gimbals die je smartphone stabiliseren, net zoals bij een Hollywood-filmcamera. Zo kun je fotograferen en filmen zonder schokken, ook als je rondwandelt!
9. Maak je lens schoon
Bij een smartphone kan het gebeuren dat je tijdens het bellen een vinger op de lens plaatst. Als dat vette vingerafdrukken nalaat, blokkeert die viezigheid een deel van het licht en kunnen je foto's minder scherp worden. Maak de lens daarom schoon met een microvezeldoekje voor je foto's maakt. Hou ook in de gaten dat je geen vinger voor de lens houdt terwijl je een foto maakt!
10 Bewerk je foto’s met een app
Je kan je foto na de opname nog bewerken om ze nog net wat beter te maken. Je kan daarvoor de filters van Instagram gebruiken, maar dan zien je foto's er uit zoals die van iedereen. Je gebruikt daarom beter een app zoals Snapseed, VSCO of Adobe Lightroom.